Dirk Leyman signaleert ‘verse leeswaren’: originele publicaties, opmerkelijke boeken en nieuwigheden, met ook aandacht voor literaire essayistiek en drukwerk dat elders minder aan bod komt.
POËZIE
Naar Kokanje met Hannah van Binsbergen
VSB Poëzieprijswinnares Hannah van Binsbergen neemt met haar tweede dichtbundel een duik in Kokanje, ook bekend als Luilekkerland, waar overvloed heerst. Maar het is geen parcours zonder hindernissen, ‘de weg bespookt door taken’. We moeten onze eigen utopie bewerkstelligen, rekening houdend met wat mensen willen. ‘Mijn vrienden en getrouwen, ik geef u het recht op luiheid in het wild’. Van Binsbergen onderzoekt de wereldse geneugten in wijdvertakte gedichten zoals een ‘Zwerfkippenlied’.
Hannah van Binsbergen, Kokanje, uitgeverij Pluim, 72 p., 24,99 euro.
Arno Van Vlierberghe dicht in één geut
‘Ex Daemon is de apocriefe neerslag van het onwettig verhoor van de enige nog levende getuige van De Situatie. Ex Daemon stelt de vraag “Wat moet je doen, wanneer niets meer kan?”, maar bleef helaas niet voor het antwoord. Ex Daemon is de Rorschach in het remspoor, het krijt rond het lijk. Ex Daemon is de echo van de gil van een eeuw die nooit begon.” Het is een 80-pagina’s lang doorrazend gedicht, aan hoog tempo, waarin geen enkele witregel valt te bespeuren, het is “schrijven als een blinde hond die aan een ketting rukt”.’
Dichter Arno Van Vlierberghe leeft, woont en werkt in Gent, waar hij boekhandelaar is bij het Paard van Troje. Zijn werk verscheen onder andere in Het Liegend Konijn, Deus Ex Machina, DW B, Extra Extra en op Samplekanon. Hij debuteerde in 2017 bij het balanseer met Vloekschrift.
Arno Van Vlierberghe, Ex Daemon, het balanseer, 80 p., 22 euro.
Het liefdesleven van de mensheid
Peter Theunynck, een van onze begaafdste dichters, stort zich op ‘het liefdesleven van de mensheid’ tot nu toe. Liefde is overal: in het nieuws, op YouTube, in de platenkast, in het boek der boeken. Hij laat legendarische lovers de revue passeren, zoals Abélard en Héloïse, Fausto Coppi en de mysterieuze Dama Bianca of John F. Kennedy en Marilyn Monroe. En hoe onvoorwaardelijk is de liefde van ouders voor hun kind? Theunynck onderzoekt ‘de grammatica van de liefde’, tot we verward raken ‘in het kluwen van een ander ik’, in bezwerende, altijd toegankelijke en soms speelse verzen, waarbij hij het occasionele cliché niet schuwt.
Peter Theunynck, Hoogliederen, Wereldbibliotheek, 96 p., 22,99 euro.
PROZA
Meer dan zomaar proustiaanse vingeroefeningen
Zijn het vingeroefeningen van een later zo voldragen schrijver? In zijn 25e levensjaar verscheen het debuut van Marcel Proust, Les Plaisirs et les Jours (1896) met tientallen verhalen en prozagedichten, tien jaar voordat hij de pen zou slijpen voor À la recherche du temps perdu. De verfijnde schrijfstijl en stilistische weelderige eigenheden van de latere Proust floreren hier al volop, met ‘veel metaforen en vergelijkingen die vaak een grote onderlinge samenhang hebben.’ Voor Zeewind op het platteland selecteerde en vertaalde Kiki Coumans de zeventien mooiste prozagedichten, zowel zedenschetsen, reverieën, filosofische bespiegelingen als verhalen en portretteringen. Coumans in haar voorwoord: ‘De ijver en het streven naar perfectie van de ambitieuze jongeling zijn duidelijk zichtbaar, waardoor de verhalen niet zelden gezocht en precieus overkomen, met de vele tranen die geplengd of juist ingehouden worden, of het soms wat hoogdravende vocabulaire.’ Invloeden van Charles Baudelaire zijn merkbaar, maar Prousts reverieën zijn ook te beschouwen als impressionistische schilderijen. Het boek werd bij verschijnen negatief besproken door Jean Lorrain (hij sprak van ‘plechtige weemoedigheden’ en maakte antisemitische opmerkingen), die door Proust vervolgens uitgedaagd werd voor een duel in een bos nabij Parijs. Er vielen uiteindelijk geen slachtoffers.
Marcel Proust, Zeewind op het platteland. Rêverieën, uitgeverij Vleugels, vertaling Kiki Coumans, 48 p., 22,90 euro.
De verlokkingen van de slaap
Meulenhoff waagt zich in zijn Japanse reeks aan een heruitgave van de klassieker van Nobelprijswinnaar Yasunari Kawabata (1899-1972), een ingetogen, poëtische fabel over eenzaamheid, slaap en ouderdom. De oudere heer Eguchi begeeft zich naar een geheime club waar hij de nacht kan doorbrengen naast jonge, diep slapende meisjes. Maar daar moet het wél bij blijven. Eguchi fantaseert erover om de regels te schenden.
Yasunari Kawabata, De schone slaapsters, uitgeverij Meulenhoff, 128 p., 20 euro.
Uitgeversmemoires met panache
Afzwaaiend Podium-uitgever Joost Nijsen, die zelf ook graag de pen vastneemt én er ook lustig op los blogde, blikt terug op zijn wervelende 25-jarige loopbaan waarin hij onder meer Ronald Giphart, Kluun, Arjen Lubach, Etgar Keret, Johan Harstad en Gerda Blees ontdekte en lanceerde. Maar Nijsen vertelt in Uitgeversgeluk evengoed over successen als over teleurstellingen én over de toenemende druk van het geldgewin. En moet een uitgever voor een schrijver als familie voelen? Zeker is een uitgever een vuurtoren, een baken, de schrijvers die hij belicht, leveren ook een bijdrage aan cultuur en samenleving. Nijsen vertelt veel anekdoten, en noemt veel namen van collega’s, schrijvers en mensen met wie hij samenwerkte, in een poging ze allemaal recht te doen, dat had misschien niet gehoeven. Interessant is ook zijn kijk op ‘de dertiende provincie’ Vlaanderen, onder meer hoe hij onderschat heeft hoe de taal een dam kan opwerpen én hoe afwachtender en indirecter Vlamingen zijn, ook bij zakelijke afspraken.
Joost Nijsen, Uitgeversgeluk, uitgeverij Podium, 208 p., 20,99 euro.
De jonge Komrij & Komrij in de bres voor de bibliofilie
Arie Pos levert een biografisch portret van de jonge jaren van Gerrit Komrij (1944-2012) af. Het is de opmaat naar een verdere uitdieping van zijn levensloop. Daaruit blijkt hoezeer Komrij zich al op jonge leeftijd dichter voelde en daarnaar wou leven. Pos presenteert de magere jaren die voorafgingen aan zijn debuut: als student in Amsterdam, zijn ‘vlucht’ naar Kreta, de ontmoeting met zijn grote liefde Charles Hofman en zijn carrière als broodvertaler. ‘Het waren de jaren waarin een dromerige boekenwurm uit Winterswijk zichzelf met vallen en opstaan uitvond als mens en schrijver, “omdat hij niet anders kon.”’
Nog meer Komrij bij de Stichting Desiderata: zij publiceert de tekst De crisis in de bibliofilie, die Komrij in 2009 uitsprak als feestrede voor een tentoonstelling in Museum Meermanno (tegenwoordig het Huis van het Boek) over honderd jaar Private Press in Nederland. Komrij was natuurlijk een groot liefhebber van het zogenaamde drukwerk in de marge, de bibliofiele uitgaven waarvan de tekst nog met de hand met loden letters wordt gezet en afgedrukt op de mechanische pers. Komrij was gul met teksten voor margedrukkers. Ze zijn volgens hem ‘de banketbakkers onder de deegfabrikanten’, die afstand nemen van de ‘typografische diarree op inktafstotend papier’ en ‘van een leesvijandige tekst in een lezersafstotende verpakking.’ En in De crisis in de bibliofilie hield hij een vurig pleidooi voor het ‘marge-boek’ en het fraai verzorgde boek: ‘De bibliofiele drukker is voor de wereld van de boekproducenten wat een scharrelkip is voor de pluimvee-industrie.’ Komrij lanceerde ook een oproep tot ‘het produceren van wat steviger, minder brave en meer subversieve teksten’ binnen de bibliofilie. Op het voorplat staat een linosnede van Paul van Leeuwen met een portret van Komrij. De publicatie wil de tiende sterfdag van Komrij (5 juni 2022) herdenken.
Arie Pos, De wording van Gerrit Komrij, De Bezige Bij, 222 pagina’s, 29,99 euro.
Gerrit Komrij, De crisis in de bibliofilie, met een nabeschouwing van Paul van Capelleveen, Stichting Desiderata, 28 pagina’s, 15,50 euro.
Uitgeverij Das Mag herontdekt ‘De bomen’ van A. Alberts en begint met ‘maandboeken’
Veelbekroond was hij – met de Constantijn Huygensprijs en de P.C. Hooftprijs - maar om te zeggen dat Albert Alberts (1911-1995) een schrijver was die met veel tamboerijnen en trammelant was omgeven, nee, dat niet. Alberts bleef een ingetogen en suggestieve, ja misschien wel fluisterende auteur in de luwte. Uitgeverij Das Mag is van oordeel ‘dat de boeken van Alberts miraculeus genoeg niet bij de juiste lezers terecht zijn gekomen. Bijvoorbeeld omdat hij te veel als een writer's writer werd gezien, terwijl zijn boeken ontzettend toegankelijk zijn.’ Daarom besloten ze werk te maken van een heruitgave van een van zijn vervreemdende coming-of-ageromans: De bomen, zijn tweede roman, kort na zijn debuut De eilanden. Volkskrant-coryfee en criticus Kees Fens typeerde het als ‘een onzichtbaar verhaal over een onzichtbare hoofdfiguur’, en als ‘het mooiste bosboek uit de Nederlandse letteren.’ Het evoceert ‘de magie van de jeugd’, aldus Philip Huff. We volgen de jongen Aart vanaf zijn kleutertijd tot aan zijn eerste studiejaar. Aart is bezeten door bomen, het bos – een liefde die hem gedurende de jaren niet meer verlaat. Of zoals Joost Oomen het in het nawoord schrijft: ‘Het bos in De bomen is het bos in mijn hoofd, in jouw hoofd, in ieders hoofd.’
Das Mag, dat niet enkel veel debutanten brengt en vergeten klassiekers bovenspit (denk aan de Tove Ditlevsen-trilogie), start nu ook een boekenreeks over de maanden van het jaar. Twaalf schrijvers, twaalf boekjes, twaalf maanden. Dat is het simpele maar originele idee achter De Maanden, serie die uitdrukkelijk op de verzamelaar mikt. Elk boekje verschijnt vlak voor de desbetreffende maand en houdt de lezer in de weken erna gezelschap. ‘Ieder boekje nodigt je uit om anders naar de tijd van het jaar te kijken’, klinkt het. De boekjes hebben een bijzonder ontwerp, dat draait om hoe de maanden in elkaar overvloeien. Zo toont elk boekje dezelfde boom, die naargelang van de maand verandert van uitzicht. Aan het eind van ieder boekje staat een voorproefje van het verhaal dat de maand erop volgt. Alle omslagen zijn van de hand van kunstenaar Jasmijn ter Stege.
Das Mag heeft voor de reeks zowel in eigen fonds als daarbuiten gerekruteerd. De schrijvers van dienst zijn Alfred Birney, Charlotte Van den Broeck, Sinan Çankaya, Splinter Chabot, Saskia De Coster, Ellen Deckwitz, Rob van Essen, Bregje Hofstede, Raoul de Jong, Manon Uphoff, Arjen van Veelen en Annelies Verbeke, die de spits mag afbijten met September, dat op 28 augustus verschijnt.
Daarvoor raapte Verbeke vijftien jaar aan agenda’s bijeen. ‘Het resultaat is een zelfportret van een leven dat door kunst en literatuur bij elkaar wordt gehouden.’ Pas aan het eind van de maand wordt telkens bekend wie de volgende maand voor zijn rekening neemt.
A.Alberts, De bomen, Das Mag, 146 p., 8,99 euro.
De Maanden-reeks van Das Mag: vanaf eind augustus.
Wandelmanie
Is het reeksgevoel terug van weggeweest? Daar lijkt het wel op. Want zo stuurt de galante Terloops-reeks van uitgeverij Van Oorschot schrijvers letterlijk wandelen. Waarna ze een particulier verslag mogen componeren van hun expeditie in berg en dal of langs stad en waterloop. Het begint een reeks van allure te worden met onder meer teksten van Gerbrand Bakker, Bregje Hofstede, Stine Jensen en Willem Jan Otten, die de verzamelaar doen likkebaarden door zijn vormgeving én vestzakgehalte.
Zopas verschenen twee nieuwe piekfijn verzorgde deeltjes. Libriswinnaar Sander Kollaard bezingt de Zweedse lente in Lentehonger. Hij stuit op schreeuwleeuweriken, onhandige fazanten én een duizelingwekkende hoeveelheid planten in bloei. Yolanda Entius maakt in Ogentroost een emotionele bergtocht in de Mercantour, langs de Frans-Italiaanse grens. Ze denkt na over ‘alleen en samen zijn, controledwang en verlies & de binnen- en buitenwereld.’
Sander Kollaard, Lentehonger, Van Oorschot, 68 p.; Yolanda Entius, Ogentroost, Van Oorschot, 70 p. (elk deel 12,50 euro).
De terugkeer van Jonathan van het Reve
Vijftien jaar na zijn debuut De boot en het meisje komt Jonathan van het Reve – kleinzoon van Karel van het Reve – met een nieuwe roman. Intussen is hij hoofdschrijver bij De avondshow van Arjan Lubach. En dat is te merken aan zijn tragikomische ‘satire over satire’. Twee gemaskerde mannen schieten alle veertien redactieleden van het programma Fidelio dood, in een Charlie Hebdo-achtige aanslag. Enkel de presentator overleeft. Hij besluit op zijn eentje door te gaan, tot hij steeds rechtsere taal uitkraamt.
Jonathan van het Reve, Fidelio leeft nog, Das Mag, 282 p., 22,50 euro.
FILOSOFIE
Simone Weil stelt pertinente vragen over oorlog
Een hyperactueel boek van de Franse filosofe Simone Weil (1909-1943), die zeer door Albert Camus werd bewonderd. ‘Wat bezielt mensen om een gewapend conflict aan te gaan, eraan deel te nemen en dat te blijven doen? Wat motiveert hen? Wat bepaalt je houding in zo’n geval? En wat zou jij doen tegenover een meedogenloze agressor? Hoe ga je dan om met de daaruit voortvloeiende dilemma’s? Fundamentele vragen van Simone Weil, want in haar leven speelden oorlog en de dreiging ervan als uiting van het eeuwige conflict tussen onderdrukkers en onderdrukkers een belangrijke rol.’ In deze bundel lezen we een selectie uit de essays van Weil uit de periode 1933-1943. Ze benadrukte het belang van geworteld zijn in de eigen historische cultuur.
Simone Weil, Over oorlog. En het probleem van motivatie in crisistijd, Uitgeverij IJzer, vertaald uit het Frans en gebracht door Jan Mulock Houwer, 17,50 euro.