Anne Louïse van den Dool

Wat gebeurt er wanneer je duizenden olifanten loslaat in de binnenstad van Berlijn? Gaea Schoeters gaat het gedachtenexperiment aan, en toont met precisie welke politieke en natuurlijke ontwikkelingen zich vervolgens voordoen. Het resultaat is een amusante roman, die toont hoe de mens altijd eerst het eigen hachje probeert te redden.
Het viel natuurlijk te verwachten: toen Boekenweek-organisator CPNB aankondigde een wedstrijd uit te schrijven voor het geschenk van 2025, viel te voorzien dat de buiten de boot gevallen meesterwerkjes alsnog via reguliere uitgeverijen zouden worden uitgebracht. En ja: Herman Brusselmans publiceerde de ingestuurde novelle De promotie en Mira Feticu brengt eind augustus Gewone Hollandse jongens uit, dat de top zeven van de wedstrijd wist te bereiken. Ook andere inzenders zijn met hun uitgeefhuizen in gesprek over hoe ze hun wedstrijdgeploeter alsnog kunnen omzetten in een boek, zo liet onder meer Wim Bax desgevraagd aan Trouw weten.
Ook Gaea Schoeters wist met haar verhaal door te dringen tot de top zeven van de Boekenweek-jury. Nu verschijnt alsnog haar inzending, met de geestig dubbelzinnige titel Het geschenk, die niet alleen verwijst naar de wedstrijd die dit verhaal niet won, maar ook naar de aanleiding voor het in de novelle centraal staande drama. Op een goede dag wordt Berlijn plotseling overspoeld door olifanten, die een zogenaamde gift blijken van de premier van Botswana, geïrriteerd als die is door de door Duitsland ingevoerde Ivoorwet, die het stropen van bedreigde dieren in Afrika moet tegengaan.
Westers denken
De wet blijkt een sterk staaltje westers denken: heel mooi bedacht vanuit de theorie, maar in de praktijk zorgt die alleen maar voor meer zorgen en criminaliteit. Om Duitsland eens goed een lesje te leren, heeft de premier Berlijn een reusachtige hoeveelheid olifanten cadeau gedaan, die bovendien uitdijt wanneer de dieren zich in hun bestaan bedreigd voelen.
We beleven dit drama door de ogen van bondskanselier Hans Christian Winkler, die zich zonder al te veel kleerscheuren door dit politieke drama heen probeert te manoeuvreren. De kuddes blijken al snel behoorlijk ontwrichtend: de dieren blokkeren het verkeer, ruïneren standbeelden en gebouwen en laten bovendien tonnen stront achter, die een fantastische voedingsbodem blijkt voor allerlei uitheemse soorten. Binnen de kortste keren is Berlijn compleet overwoekerd.
Samen met Winkler springt de lezer door de tijd, in hoofdstukken die het aantal dagen sinds de olifanteninval markeren. Er blijken steeds extremere maatregelen nodig om de Duitse hoofdstad nog enigszins leefbaar te houden. Politieke splijtzwam is de vraag of de olifanten niet beter terug naar Afrika kunnen worden gedeporteerd – een discussie waarin actuele politieke discussies duidelijk resoneren. Anderen zien in de hoeveelheid mest die wordt geproduceerd juist een verdienmodel, en beroepen zich op het feit dat olifanten in een ver verleden wel degelijk op het Europese continent voorkwamen, en dus eigenlijk inheemse dieren zijn.
Imagoschade
Voor Winkler staat binnen al deze dilemma’s niet per se het welzijn van de bevolking centraal als wel de wens de schade aan zijn imago zoveel mogelijk te beperken. Wanneer hij dit probleem niet goed managet, zou het zomaar kunnen dat hij van de troon gestoten wordt door zijn beduidend rechtsere collega Fuchs. En zo is de lezer getuige van slimme spelletjes waarbij anderen – vaak vrouwelijke politici – het vuile werk moeten doen, terwijl Winkler zelf, mede met dank aan zijn gewiekste PR-manager, slim de handen schoonhoudt.
Schoeters schotelt de lezer een zeer onderhoudend verhaal voor, waarin ze de consequenties van de geschonken olifantenkuddes minutieus uitdenkt. De surrealistische insteek van de roman verhindert niet dat de lezer tal van parallellen kan ontdekken tussen de politieke omgang met deze ongewenste viervoeters en de Afrikaanse medemens die vaker en vaker de toevlucht tot Europa zoekt. Schoeters maakt pijnlijk duidelijk dat veel van de keuzes in zulke processen bitter weinig te maken hebben met invoelingsvermogen, maar vooral met het streven de eigen positie binnen het politieke systeem te behouden.
Amusante leeservaring
In Het geschenk resoneert de thematiek van Schoeters’ roman Trofee (2020), die uitermate lovend werd ontvangen in Nederland, België én Duitsland. Daarin staat trofeeënjager Hunter White centraal, die naar Afrika afreist om een neushoorn af te schieten – de laatste van de big five die hij nog op zijn wensenlijstje heeft staan. Ook in die roman leverde Schoeters al scherpe kritiek op de westerse omgang met het Afrikaanse continent.
Het is begrijpelijk dat ze met dit compacte vervolg hoge ogen gooide bij de Boekenweek-jury: Het geschenk is vlot geschreven, duidelijk bedoeld voor een breed publiek. Dankzij al het absurdisme valt er veel te lachen, naast het medeleven dat lezers kunnen voelen bij de in het nauw gedreven bondskanselier. Ook de mogelijkheid vergelijkingen te maken met onze huidige politieke situatie levert een amusante leeservaring op.
Wel moest Schoeters om aan de oorspronkelijke Boekenweek-wedstrijdreglementen te voldoen soms te grote sprongen in de tijd maken om de lezer helemaal te kunnen meenemen in de escalatie zoals die in Berlijn en omstreken plaatsvindt. Wanneer ze meer ruimte had genomen om dit boek uit te werken tot een veelkantige roman, had ze meer nuance kunnen aanbrengen in de verschillende belangen die binnen dit surrealistische drama spelen. Hoe dan ook is Het geschenk ook in deze vorm een aanrader voor wie een interessant gedachtenexperiment wil aangaan, en daarbij en passant meer wil leren begrijpen van ons politieke klimaat en de werking van Moeder Natuur.
Reactie plaatsen
Reacties