Erwin Jans
Smaakmaker bij DW B 2025 2 De bekering
Zo klinkt het in Vlaanderens bekendste popsong. Maar niet alleen Mia heeft het licht gezien. Het is een opvallend fenomeen in de Vlaamse en Nederlandse letteren van de voorbije decennia: er wordt veel over God en geloof gesproken. En niet om ermee af te rekenen of om ermee te spotten, zoals dat in artistieke en links-intellectuele kringen vanaf de jaren vijftig bon ton was. Terugblikkend lijkt dat een noodzakelijke fase van intellectuele bevrijding en geestelijke emancipatie te zijn geweest, maar ook een fase die inmiddels veelal voorbij is. Er wordt veel milder gesproken over religie en er hebben zich zowel boven als beneden de Moerdijk authentieke bekeringen voorgedaan. We hebben ons in dit boeknummer voornamelijk op de christelijke (katholieke) (her)bekeringen geconcentreerd. De zoektocht naar spiritualiteit is natuurlijk nooit weg geweest, ook niet tijdens de hoogtijdagen van de secularisering – er heeft zich sinds de jaren zestig een uitgebreide zingevingsindustrie ontwikkeld –, maar de terugkeer naar de christelijke traditie in artistieke middens mogen we toch als een opmerkelijke beweging beschouwen. Zeker op een ogenblik dat de Kerk als instituut veel van haar moreel gezag verloren heeft en door misbruikschandalen wordt geplaagd. Of daarmee ook de christelijke cultuur – zijn iconografie, zijn theologie, zijn oud- en nieuwtestamentische verhalen en zijn metaforen – nieuw literair leven ingeblazen wordt, is nog een andere, voorlopig niet te beantwoorden vraag: religieuze kennis wordt via het onderwijs nauwelijks nog overgedragen waardoor vele eeuwen christelijke kunst onleesbaar dreigt te worden. Met poëzie, persoonlijke belijdenissen en essayistische bijdragen probeert dit nummer vragen naar het hoe en het waarom van de bekering te beantwoorden.